Summary
German to Dutch: more detail...
- betonen:
-
Wiktionary:
- betonen → benadrukken, beklemtonen
- betonen → benadrukken, nadruk, leggen, op, met nadruk zeggen, nadruk leggen op, accentueren, beklemtonen, de klemtoon leggen op, opmerken, opmerkzaam maken, signaleren, goed doen uitkomen
Dutch to German: more detail...
- betonen:
German
Detailed Translations for betonen from German to Dutch
betonen:
-
betonen (akzentuieren)
Conjugations for betonen:
Präsens
- betone
- betonst
- betont
- betonen
- betont
- betonen
Imperfekt
- betonte
- betontest
- betonte
- betonten
- betontet
- betonten
Perfekt
- habe betont
- hast betont
- hat betont
- haben betont
- habt betont
- haben betont
1. Konjunktiv [1]
- betone
- betonest
- betone
- betonen
- betonet
- betonen
2. Konjunktiv
- betonte
- betontest
- betonte
- betonten
- betontet
- betonten
Futur 1
- werde betonen
- wirst betonen
- wird betonen
- werden betonen
- werdet betonen
- werden betonen
1. Konjunktiv [2]
- würde betonen
- würdest betonen
- würde betonen
- würden betonen
- würdet betonen
- würden betonen
Diverses
- beton!
- betont!
- betonen Sie!
- betont
- betonend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Translation Matrix for betonen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
accentueren | akzentuieren; betonen | aufklären; auseinandersetzen; auslegen; erklären; interpretieren; klären; verdeutlichen |
benadrukken | akzentuieren; betonen | Nachdruck verleihen |
Synonyms for "betonen":
Wiktionary Translations for betonen:
betonen
Cross Translation:
verb
betonen
-
(transitiv) mit Nachdruck sagen, feststellen
- betonen → benadrukken; beklemtonen
-
(transitiv) besonders hervorheben
- betonen → benadrukken
-
(transitiv) beim Sprechen den Akzent auf eine Silbe legen
- betonen → beklemtonen
verb
-
de nadruk leggen op iets
-
(overgankelijk) extra aandacht leggen op iets
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• betonen | → benadrukken | ↔ articulate — music: to attack a note |
• betonen | → benadrukken | ↔ emphasize — stress |
• betonen | → nadruk; leggen; op; benadrukken; met nadruk zeggen; nadruk leggen op; accentueren; beklemtonen; de klemtoon leggen op | ↔ accentuer — marquer d’un accent. |
• betonen | → opmerken; opmerkzaam maken; signaleren; goed doen uitkomen; met nadruk zeggen; nadruk leggen op; accentueren; beklemtonen; de klemtoon leggen op | ↔ souligner — tirer une ligne sous un mot, ou sous plusieurs mots. |
External Machine Translations:
Dutch
Detailed Translations for betonen from Dutch to German
betonen:
-
betonen (beklemtonen; benadrukken)
-
betonen (betuigen)
Conjugations for betonen:
o.t.t.
- betoon
- betoont
- betoont
- betonen
- betonen
- betonen
o.v.t.
- betoonde
- betoonde
- betoonde
- betoonden
- betoonden
- betoonden
v.t.t.
- heb betoond
- hebt betoond
- heeft betoond
- hebben betoond
- hebben betoond
- hebben betoond
v.v.t.
- had betoond
- had betoond
- had betoond
- hadden betoond
- hadden betoond
- hadden betoond
o.t.t.t.
- zal betonen
- zult betonen
- zal betonen
- zullen betonen
- zullen betonen
- zullen betonen
o.v.t.t.
- zou betonen
- zou betonen
- zou betonen
- zouden betonen
- zouden betonen
- zouden betonen
diversen
- betoon!
- betoont!
- betoond
- betonend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for betonen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
Nachdruck verleihen | beklemtonen; benadrukken; betonen | |
bezeigen | betonen; betuigen | |
bezeugen | betonen; betuigen | getuigen |
erweisen | betonen; betuigen | aantonen; bewaarheid worden; bewijzen; blijken; doneren; geven; laten zien; nagaan; presenteren; schenken; staven; tonen; uitkomen; verifieren; vertonen; zekerstellen |
External Machine Translations: