German
Detailed Translations for dunstig from German to Dutch
dunstig:
-
dunstig (neblig; vage; unbestimmt; diesig; flau; trübe; dunkel; fahl; verschwommen; finster; trüb; schattenhaft)
onduidelijk; wazig; vaag; flauw; mistig; vagelijk; nevelachtig; onhelder-
onduidelijk adj
-
wazig adj
-
vaag adj
-
flauw adj
-
mistig adj
-
vagelijk adv
-
nevelachtig adj
-
onhelder adj
-
-
dunstig (neblig; dampfend; qualmig)
-
dunstig (dämpfig; neblig)
-
dunstig (diesig; neblig)
-
dunstig (diesig; verschwommen; grob; unscharf; heiig)
Translation Matrix for dunstig:
Synonyms for "dunstig":
External Machine Translations:
Dutch
Detailed Translations for dunstig from Dutch to German
dunstig: (*Using Word and Sentence Splitter)
- dun: dünn; karg; dürftig; mager; hager; schmächtig; nichtig; kärglich; gebrechlich; kränklich; schwach; fein; gläsern; schütter; zart; schlank; zierlich; zerbrechlich; rank; grazil; leichtgebaut; zierlich gebaut
- tig: zig
- dunnen: verringern; dezimieren; ausdünnen
External Machine Translations: