German
Detailed Translations for Schlagloch from German to Dutch
Schlagloch: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Schlag: soort; slag; ras; klop; tik; toegebrachte klap; dreun; uithaal; vuistslag; klap; stoot; hengst; mep; peut; lel; opdonder; oplawaai; muilpeer; opduvel; zet; duw; por; stootje; duwtje; knal; jens; portier; conciërge; bliksem; flits; bliksemslag; bliksemschicht; bliksemflits; pof; bons; duiventil; duivenhok; olifantspijp; soulpijp; wijde broekspijp
- Loch: gat; opening; bres; gaatje; waterlek; gehucht; buurtschap; lek; lekken; deuropening; box; opbergruimte
Wiktionary Translations for Schlagloch:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Schlagloch | → kuil | ↔ pothole — a hole in a road |