Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. Handwagen:


German

Detailed Translations for Handwagen from German to Dutch

Handwagen:

Handwagen [der ~] noun

  1. der Handwagen (Karren; Karre; Schüssel; Gefährt)
    de kar; de handkar
  2. der Handwagen
    de handkar; handwagen
  3. der Handwagen
    trekwagen

Translation Matrix for Handwagen:

NounRelated TranslationsOther Translations
handkar Gefährt; Handwagen; Karre; Karren; Schüssel
handwagen Handwagen
kar Gefährt; Handwagen; Karre; Karren; Schüssel Auto; Fahrzeug; Fuhrwerk; Gefährt; Karren; Personenwagen; Vehikel; Wagen; Zugmaschine
trekwagen Handwagen