Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. Polsterung:
  2. Wiktionary:


German

Detailed Translations for Polsterung from German to Dutch

Polsterung:

Polsterung [die ~] noun

  1. die Polsterung (Verkleidung; Auskleidung)
    de bekleding; de stoffering; stoffeerderij

Translation Matrix for Polsterung:

NounRelated TranslationsOther Translations
bekleding Auskleidung; Polsterung; Verkleidung
stoffeerderij Auskleidung; Polsterung; Verkleidung
stoffering Auskleidung; Polsterung; Verkleidung

Synonyms for "Polsterung":

  • Polster

Wiktionary Translations for Polsterung:

Polsterung
noun
  1. een laag stof ter versiering en berscherming aangebracht op een hard oppervlak of een meubelstuk

Cross Translation:
FromToVia
Polsterung polsteren; bekleding upholstery — craft or business of upholstering furniture