Translate Versorgung from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

Versorgung:
- voorziening; verschaffing; onderhoud; verzorging; zorg; verpleging
Wiktionary:
- Versorgung → aanvoer, bevoorrading, leverantie, levering, toevoer, provisie, voorraad, proviandering, ravitaillering, voedselvoorziening, reserve, voorbehoud, voorziening, magazijn, provisiekamer, voorraadkamer, provisiekast, restrictie, bergplaats, bergruimte, bewaarplaats, opslag, opslagplaats

German

Detailed Translations for Versorgung from German to Dutch

die Versorgung (Befriedigung)
de voorziening; de verschaffing
- voorziening [de ~ (v)] noun
- verschaffing [de ~ (v)] noun
die Versorgung (Unterhalt)
het onderhoud; de verzorging
- onderhoud [het ~] noun
- verzorging [de ~ (v)] noun
die Versorgung (Pflege; Sorge; Betreuung; Krankenpflege; Fürsorge; Einrichtung)
de verzorging; de zorg; de verpleging
- verzorging [de ~ (v)] noun
- zorg [de ~] noun
- verpleging [de ~ (v)] noun
die Versorgung (Betreuung; Sorge)
de verzorging; de zorg
- verzorging [de ~ (v)] noun
- zorg [de ~] noun
die Versorgung
de voorziening
- voorziening [de ~ (v)] noun

Noun	Related Translations	Other Translations
onderhoud	Unterhalt; Versorgung	Beköstigung; Gespräch; Instandhaltung; Lebensunterhalt; Unerhaltung; Unterhalt; im Wohlstat behalten
verpleging	Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung	Krankenpflege; Pflege
verschaffing	Befriedigung; Versorgung
verzorging	Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Unterhalt; Versorgung
voorziening	Befriedigung; Versorgung	Maßnahme
zorg	Betreuung; Einrichtung; Fürsorge; Krankenpflege; Pflege; Sorge; Versorgung	Administration; Besorgnis; Besorgtheit; Kontrolle; Verwaltung

Cross Translation:

From	To	Via
• Versorgung	→ aanvoer; bevoorrading; leverantie; levering; toevoer	↔ fourniture — provision fournir ou à fournir.
• Versorgung	→ provisie; voorraad; aanvoer; bevoorrading; proviandering; ravitaillering; voedselvoorziening	↔ ravitaillement — logistique\|fr action de ravitailler.
• Versorgung	→ reserve; voorbehoud; provisie; voorziening; magazijn; provisiekamer; voorraadkamer; provisiekast; voorraad; restrictie; bergplaats; bergruimte; bewaarplaats; opslag; opslagplaats	↔ réserve — action de réserver.

External Machine Translations:

Remove Ads