English
Detailed Translations for lower back from English to Dutch
lower back: (*Using Word and Sentence Splitter)
- low: dieptepunt; laagtepunt; laag; niet hoog; slecht; vals; kwaadwillig; met slechte intentie; gemeen; stiekem; sluw; achterbaks; geslepen; geraffineerd; loeien; geniepig; listig; leep; slinks; doortrapt; gewiekst; snood; uitgekookt; gehaaid; gluiperig; in het geniep; depressie; lage luchtdruk; laagterecord; laagstaand; laaghangend; diepterecord; emotionele crisis
- lower: verlagen; lager maken; neer laten zakken
- Back: Terug
- back: rug; leuning; rugleuning; rugzijde; terug; achteruit; achterwaarts; naar achter; naar achteren; rugwaarts; achterkant; achterzijde; opkomen voor; weder; weerom; weer; opnieuw; nogmaals; wederom; back; andermaal; achterspeler; helpen; ondersteunen; bijstaan; assisteren; bijspringen; weldoen; seconderen; vroeger; voorheen; eertijds; voormaals; financieren
Spelling Suggestions for: lower back
Wiktionary Translations for lower back:
lower back
noun
-
the lower part of the back
- lower back → onderrug
External Machine Translations:
Related Translations for lower back
Dutch
Suggestions for lower back in Dutch
Spelling Suggestions for: lower back
External Machine Translations: