English
Detailed Translations for hard-worked from English to Dutch
hard-worked: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hard: moeilijk; zwaar; lastig; ongemakkelijk; niet makkelijk; hard; hardvochtig; ongenadig; onbarmhartig; ruw; hardhandig; onzacht; kritisch; problematisch; ernstig; kritiek; benauwd; zorgwekkend; zorgelijk; benard; hachelijk; penibel; keihard; bikkelhard; steenhard; staalhard; ijzerhard; kalkhoudend; kalkachtig
- work: taak; inspanning; werkzaamheid; ambacht; werken; arbeiden; werk; vak; beroep; leven; optreden; handelen; opereren; manipuleren; te werk gaan; procederen; werkzaam zijn; uit werken gaan; arbeid; job; karwei; wrochten; bezigheid; werkzaamheden; ageren
- worked: voorbewerkt
Wiktionary Translations for hard-worked:
hard-worked
adjective
-
saai, alledaags, overbekend