English
Detailed Translations for chargeback from English to Dutch
chargeback: (*Using Word and Sentence Splitter)
- charge: factureren; in rekening brengen; aanklagen; ten laste leggen; beschuldiging; aanklacht; tenlastelegging; overdrijven; chargeren; verklaring; rapport; lading; proces verbaal; electrische lading; beschuldigen; verdenken; betichten; verdacht maken; incrimineren; gebieden; bevelen; opdragen; commanderen; gelasten; verordenen; decreteren; casseren; verordonneren; voorschrijven; dicteren; tenlaste leggen; toeslag
- back: rug; leuning; rugleuning; rugzijde; terug; achteruit; achterwaarts; naar achter; naar achteren; rugwaarts; achterkant; achterzijde; opkomen voor; weder; weerom; weer; opnieuw; nogmaals; wederom; back; andermaal; achterspeler; helpen; ondersteunen; bijstaan; assisteren; bijspringen; weldoen; seconderen; vroeger; voorheen; eertijds; voormaals; financieren
- Back: Terug
Wiktionary Translations for chargeback:
chargeback
noun
-
-
- chargeback → terugvordering
External Machine Translations: