English
Detailed Translations for crucial from English to Dutch
crucial:
-
crucial (essential; fundamental; elemental; wanted; vital; material; central)
– of the greatest importance 1 -
crucial (indispensable; essential; vital)
onmisbaar; noodzakelijk; essentieel; onontbeerlijk; wezenlijk-
onmisbaar adj
-
noodzakelijk adj
-
essentieel adj
-
onontbeerlijk adj
-
wezenlijk adj
-
-
crucial (decisive; paramount; critical; final; vital)
-
crucial (central)
-
crucial (vital)
-
crucial (very important)