English
Detailed Translations for broadcast listener from English to Dutch
broadcast listener: (*Using Word and Sentence Splitter)
- broadcast: radio; uitzending; radioprogramma; omroepen; nieuwsberichten omroepen; programma uitzenden; programma; uitzenden; broadcast-
- listen: luisteren; aanhoren; toehoren; beluisteren; gehoorzamen; hoor eens; luister eens; opletten; toeluisteren; aandachtig luisteren
- listener: luisteraar; toehoorder
Wiktionary Translations for broadcast listener:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• broadcast listener | → radio | ↔ radio — Récepteur d’émissions radiophoniques |