Summary
English to Dutch: more detail...
-
air force officer:
The word air force officer exists in our database, but we currently do not have a translation from English to Dutch.-
Synonyms for "air force officer":
commander; serviceman; military man; man; military personnel
-
Synonyms for "air force officer":
English
Detailed Translations for air force officer from English to Dutch
air force officer: (*Using Word and Sentence Splitter)
- air: afreageren; luchten; ether; wijs; luchtruim; deun
- force: vermogen; kracht; macht; dwingen; forceren; geweld; opdringen; dwingen te doen; motor; aandrijving; doordrijven; mankracht; heir; leger; krijgsmacht; troepenmacht; strijdmacht; legermacht; noodzaken tot; gebieden; bevelen; opdragen; commanderen; drijfkracht; gelasten; stuwkracht; verordenen; verordonneren; aandrijfkracht; decreteren
- officer: ambtenaar; beambte; functionaresse; functionaris; officier; stafmedewerker
air force officer:
Translation Matrix for air force officer:
| Noun | Related Translations | Other Translations |
| - | commander |