Summary
English to Dutch: more detail...
-
driver's licence:
-
Wiktionary:
driver's licence → rijbewijs
driver's licence → rijbewijs -
Synonyms for "driver's licence":
driver's license; driving license; driving licence; license; licence; permit
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for driver's licence from English to Dutch
driver's licence: (*Using Word and Sentence Splitter)
- drive: rijden; karren; motor; aandrijving; autorijden; opwekken; stimuleren; aansporen; prikkelen; aandrijven; opkrikken; sturen; reis; zenden; gang; tocht; uitstapje; rit; excursie; toer; tournee; dagreis; aan het stuur zitten; oprit; oprijlaan; inrit; kracht; energie; daadkracht; werklust; momentum; fut; puf; esprit; heien; uitje; trip; tochtje; toertje; dynamiek; voortstuwing; stuwkracht; drift; instinct; aandrift; stimulans; prikkel; impuls; opzwepen; mennen; een paard mennen; sterk prikkelen; aanzetten; berijden; klopjacht; drijfjacht; heenrit; station; rijtoer; rijtochtje; diskettestation; schijfstation
- driver: chauffeur; bestuurder; rijder; wagenbestuurder; stuurprogramma; apparaatstuurprogramma
- S: S; sex
- licence: vergunning; licentie; rijbewijs; toestemming; machtiging; volmacht; autorisatie; fiat; vergunningsrecht; vrijbrief; vrijgeleide; diploma; certificaat; oorkonde; brevet; charter
driver's licence:
Translation Matrix for driver's licence:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | driver's license; driving licence; driving license |
Synonyms for "driver's licence":
Related Definitions for "driver's licence":
Wiktionary Translations for driver's licence:
driver's licence
Cross Translation:
noun
-
een officieel document waarmee de bezitter bevoegd is om een motorvoertuig te besturen
- rijbewijs → driver's license; driving licence; driver's licence
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• driver's licence | → rijbewijs | ↔ Führerschein — Dokument der amtlichen Erlaubnis, ein Kraftfahrzeug fahren zu dürfen |