English
Detailed Translations for hole out from English to Dutch
hole out: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hole: gat; anus; aars; opening; scheur; kloof; uitsparing; barst; groef; reet; inkeping; split; gaatje; waterlek; leger; hol; schuilplaats; hol van een dier; kuil; uitholling; nest; lek; lekken
- out: over; uit; klaar; afgelopen; voorbij; af; gereed; voltooid; geëindigd; afgedaan; van; vanuit; vanaf nu; vanaf deze plaats; eruit; weg; ertussenuit; er op uit; er uit; daaruit; op stap
hole out:
Translation Matrix for hole out:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | hole |