English
Detailed Translations for incapacitate from English to Dutch
incapacitate:
-
incapacitate (paralyze; palsy; paralyse)
machteloos maken; krachteloos maken-
machteloos maken verb (maak machteloos, maakt machteloos, maakte machteloos, maakten machteloos, machteloos gemaakt)
-
krachteloos maken verb (maak krachteloos, maakt krachteloos, maakte krachteloos, maakten krachteloos, krachteloos gemaakt)
-
Translation Matrix for incapacitate:
Verb | Related Translations | Other Translations |
krachteloos maken | incapacitate; palsy; paralyse; paralyze | disarm; paralyse; paralyze |
machteloos maken | incapacitate; palsy; paralyse; paralyze | |
- | disable; disenable; handicap; invalid |
Related Words for "incapacitate":
Synonyms for "incapacitate":
Antonyms for "incapacitate":
Related Definitions for "incapacitate":
External Machine Translations: