English
Detailed Translations for lower-ranking from English to Dutch
lower-ranking: (*Using Word and Sentence Splitter)
- low: dieptepunt; laagtepunt; laag; niet hoog; slecht; vals; kwaadwillig; met slechte intentie; gemeen; stiekem; sluw; achterbaks; geslepen; geraffineerd; loeien; geniepig; listig; leep; slinks; doortrapt; gewiekst; snood; uitgekookt; gehaaid; gluiperig; in het geniep; depressie; lage luchtdruk; laagterecord; laagstaand; laaghangend; diepterecord; emotionele crisis
- lower: verlagen; lager maken; neer laten zakken
- rank: volgorde; hiërarchie; niveau; aanzien; achting; rang; rangorde; rangschikken; classificeren; rij; gelid; ranzig; rij manschappen; hemeltergend; godgeklaagd; schandaleus; in het gelid stellen; zeer ergerlijk; ten hemel schreiend
- ranking: classificatie
lower-ranking:
Translation Matrix for lower-ranking:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
- | junior-grade; lowly; petty; secondary; subaltern |
Synonyms for "lower-ranking":
Related Definitions for "lower-ranking":
External Machine Translations: