Summary
English to Dutch: more detail...
-
magnify:
-
Wiktionary:
magnify → vergroten
magnify → oprekken, uitbreiden, uitleggen, verruimen, verwijden, uitbouwen, vergroten, meer gaan betalen, opslag geven, groeien, aangroeien, stijgen, toenemen, vermeerderen, gedijen, wassen, aanwassen, smeren, besmeren, doorsmeren, spreiden, ontvouwen, uitspreiden, afwikkelen, ontrollen, uitrollen, ophouden, rekken, strekken, uitsteken, uitstrekken, verdunnen, versnijden, verwateren - User Contributed Translations for magnify:
vergroten -
Synonyms for "magnify":
amplify; enlarge
overstate; exaggerate; overdraw; hyperbolize; hyerbolise; misinform; mislead
blow up; enlarge; increase
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for magnify from English to Dutch
magnify:
Translation Matrix for magnify:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | amplify; blow up; enlarge; exaggerate; hyperbolise; hyperbolize; overdraw; overstate |
Synonyms for "magnify":
Antonyms for "magnify":
Related Definitions for "magnify":
Wiktionary Translations for magnify:
magnify
Cross Translation:
verb
-
to make larger
- magnify → vergroten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• magnify | → oprekken; uitbreiden; uitleggen; verruimen; verwijden; uitbouwen; vergroten | ↔ agrandir — rendre plus grand. |
• magnify | → meer gaan betalen; opslag geven; groeien; aangroeien; stijgen; toenemen; vergroten; vermeerderen; uitbouwen; uitbreiden; gedijen; wassen; aanwassen | ↔ augmenter — rendre une quantité plus grande. |
• magnify | → smeren; besmeren; doorsmeren; spreiden; ontvouwen; uitspreiden; uitbouwen; uitbreiden; vergroten; afwikkelen; ontrollen; uitrollen; ophouden; rekken; strekken; uitsteken; uitstrekken; verdunnen; versnijden; verwateren | ↔ étendre — Traductions à trier suivant le sens |