English
Detailed Translations for mortgage holder from English to Dutch
mortgage holder: (*Using Word and Sentence Splitter)
- mortgage: lening; hypotheek; geldlening; hypotheekakte; verpanden; belenen; verpatsen
- hold: vasthouden; niet laten gaan; bak; pot; ton; vat; emmer; kuip; fust; barrel; teil; greep; vastpakken; beetnemen; beetpakken; realiseren; beseffen; inzien; onderkennen; doorzien; handhaven; stand houden; aanhouden; oppakken; arresteren; gevangennemen; inrekenen; houdgreep; beethouden; opsluiten; vastzetten; in de cel zetten; scheepsruim; wachten
- holder: eigenaar; houder; drager; bezitter; bak; container; reservoir; bezitster
mortgage holder:
Translation Matrix for mortgage holder:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | mortgagee |