Summary
English
Detailed Translations for packsack from English to Dutch
packsack: (*Using Word and Sentence Splitter)
- pack: verpakken; inwikkelen; inpakken; emballeren; verzameling; stel; selectie; ophoping; sortering; opeenhoping; accumulatie; bagage; bepakking; comprimeren; samendrukken; samenpersen; hoop; massa; bende; menigte; horde; schare; drom
- sack: verzenden; ontslaan; wegsturen; uitsturen; ontheffen; wegzenden; afdanken; afvloeien; eruit gooien; aan de dijk zetten; congé geven; van zijn positie verdrijven
- ACK: bevestiging
packsack:
Translation Matrix for packsack:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | back pack; backpack; haversack; knapsack; rucksack |