Summary
English to Dutch: more detail...
-
pass receiver:
The word pass receiver exists in our database, but we currently do not have a translation from English to Dutch.-
Synonyms for "pass receiver":
receiver; pass catcher; football player; footballer
-
Synonyms for "pass receiver":
English
Detailed Translations for pass receiver from English to Dutch
pass receiver: (*Using Word and Sentence Splitter)
- pass: inhalen; passeren; voorbijgaan; voorbijrijden; verlopen; vervallen; aflopen; vergaan; verstrijken; voorkomen; gebeuren; zich voordoen; plaats hebben; aankomen; bezoeken; langskomen; langsgaan; voorbijkomen; op visite gaan; iemand opzoeken; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; aanbieden; besteden; doorbrengen; slijten; reiken; gaan; zich begeven; pasje; paspoort; pas; bergpas; kaart; ticket; kaartje; toegangsbewijs; plaatsbewijs; entreebiljet; slagen voor
- passé: passé
- receive: ontvangen; krijgen; in ontvangst nemen; opstrijken; aannemen; accepteren; aanvaarden; opdoen; oplopen; onverlangd krijgen; aanpakken; aanvatten; opvangen; ondervangen; onderscheppen; afvangen; onderweg opvangen; leren; opsteken; oppikken; kennis opdoen; meekrijgen; meepikken
- receiver: ontvanger; recipiënt; bewindvoerder; telefoon; telefoontoestel; hij die ontvangt; heler; handelaar in gestolen goederen; iemand aan wie iets gegeven wordt
pass receiver:
Translation Matrix for pass receiver:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | pass catcher; receiver |
Synonyms for "pass receiver":
Related Definitions for "pass receiver":
External Machine Translations: