English
Detailed Translations for quick study from English to Dutch
quick study: (*Using Word and Sentence Splitter)
- quick: snel; vlot; vlug; rap; direct; gauw; gezwind; onverwacht; ineens; onverwachts; onverhoeds; plotseling; opeens; plots; abrupt; bruusk; plotsklaps; eensklaps; schielijk; wakker; alert; oplettend; uitgeslapen; lichtvoetig; snelvoetig; gevat; gewiekst; gehaaid; snedig
- study: bestuderen; cursus; studie; leergang; kursus; studeren; blokken; onderzoeken; oefenstuk; leren; verwerven; aanleren; opsteken; oppikken; eigen maken; praktijk; artsenpraktijk; instuderen; studeerkamer; werkkamer; studeervertrek; vossen; onderwijzen; leerstof erin stampen; naspeuren; nasporen; navorsen
quick study:
Translation Matrix for quick study:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | sponge |