Summary
English to Dutch: more detail...
- saving:
-
save:
- besparen; bezuinigen; matigen; korten; redden; sparen; op bankrekening zetten; in acht nemen; ontzien; verschonen; geld besparen; minder gebruiken; bewaren; beschermen; behoeden; verzamelen; vergaren; opeenhopen; oppotten; bijeenzamelen; opzij leggen; wegzetten; beschutten; bescherming bieden; instandhouden; conserveren; opslaan
- behalve; uitgezonderd; met uitsluiting van; buiten; behoudens
-
Wiktionary:
- save → redden, sparen, opslaan, bewaren, besparen, bezuinigen, saven, uitsparen
- save → sparen, opslaan, behouden, bergen, bewaren, conserveren, onderhouden, overhouden, dragen, schoren, steunen, ondersteunen, ruggesteunen, schragen, handhaven, doorgaan, verder gaan met, vervolgen, voortgaan, voortzetten, behoeden, zekerstellen, redden, bezuinigen, besparen, uitsparen, uitwinnen, uitzuinigen
English
Detailed Translations for saving from English to Dutch
saving:
-
the saving (cut down expenses; reduction; retrenchment; diminution; finance management; decrease; curtailment; economy; shortening; slackening; foreshortening; recess; dwindling; salary cut; market; cut)
de besparing; de kostenbesparing; de inkrimping; de besnoeiing; de verkorting; de bezuiniging; de bekorting -
the saving (cleft; gap; cavity; interstice; cut-away; opening; hole; crevice; gash; fissure; cranny)
-
the saving (storing)
Translation Matrix for saving:
Related Words for "saving":
Synonyms for "saving":
Related Definitions for "saving":
saving form of save:
-
to save (economize; cut down; economise)
-
to save (rescue)
-
to save (put money in the bank; spare; bank)
-
to save (spare; consider)
-
to save (economize; spare; moderate; have left; economise)
-
to save (guard from; preserve; shield)
-
to save (gather together; collect; glean; horde; pick up)
-
to save (store; lay aside; put away)
-
to save (protect; preserve; shield; guard)
-
to save (maintain; preserve; protect; keep up)
instandhouden; conserveren-
instandhouden verb (hou in stand, houdt in stand, hield in stand, hielden in stand, in stand gehouden)
-
-
to save
– To write data (typically a file) to a storage medium. 2
Conjugations for save:
present
- save
- save
- saves
- save
- save
- save
simple past
- saved
- saved
- saved
- saved
- saved
- saved
present perfect
- have saved
- have saved
- has saved
- have saved
- have saved
- have saved
past continuous
- was saving
- were saving
- was saving
- were saving
- were saving
- were saving
future
- shall save
- will save
- will save
- shall save
- will save
- will save
continuous present
- am saving
- are saving
- is saving
- are saving
- are saving
- are saving
subjunctive
- be saved
- be saved
- be saved
- be saved
- be saved
- be saved
diverse
- save!
- let's save!
- saved
- saving
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
save (except; except for; with the exception of; outside of; excepting; exclusive of; to the exclusion of; but)
-
save (except for; barring; subject to)
Translation Matrix for save:
Related Words for "save":
Synonyms for "save":
Related Definitions for "save":
Wiktionary Translations for save:
save
Cross Translation:
verb
save
verb
-
minder van iets gebruiken of verbruiken
-
minder geld uitgeven, bezuinigen
-
ervoor zorgen dat iets niet verloren raakt
-
door zuinig met geld of iets anders om te gaan de uitgaven verminderen
- bezuinigen → cut down; economize; save; spare
-
informatica|nld vastleggen of bewaren van gegevens
-
actie ondernemen om iets of iemand uit de moeilijkheden te halen
-
schrijven van digitale gegevens naar een gegevensdrager
-
geld niet uitgeven
-
ontzien
-
deu: sparen
Cross Translation: