English
Detailed Translations for strong suit from English to Dutch
strong suit: (*Using Word and Sentence Splitter)
- strong: sterk; stevig; flink; robuust; solide; ferm; fiks; stevig gebouwd; krachtig; fysiek sterk; erg; fel; heftig; hevig; drastisch; doortastend; alcoholisch; krachtdadig; geestrijk; rijk aan alcohol
- suit: staan; passen; uitkomen; schikken; gelegen komen; conveniëren; pak; kostuum; maatpak; bevallen; plezieren; aangenaam aandoen; geschikt zijn; deugen; passend zijn; gelieven; aanstaan; behagen; colbertkostuum; zich aanpassen; zich schikken; zich voegen naar
strong suit:
Translation Matrix for strong suit:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | forte; long suit; metier; speciality; specialty; strength; strong point |