English
Detailed Translations for wise to from English to Dutch
wise to: (*Using Word and Sentence Splitter)
- wise: verstandig; correct; doordacht; raadzaam; zinnig; bedachtzaam; nadenkend; wijselijk; weldenkend; ontwikkeld; wijs; gestudeerd; erudiet; belezen; geletterd; zeer ontwikkeld; hooggeleerd; zeer geleerd; slim; uitgeslapen; snugger; kien; clever; gis; intelligent; pienter; schrander
- to: tot; totdat; tot bij; aan; naar; toe; naar toe; bij; erbij; erop; ergens naartoe; tot aan; ertoe; ten; ten strijde; te; ernaar; tot en met; t/m
wise to:
Translation Matrix for wise to:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
- | knowing; wise |