Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
por lo que toca a:
-
Wiktionary:
por lo que toca a → aangaande
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for por lo que toca a from Spanish to Dutch
por lo que toca a: (*Using Word and Sentence Splitter)
- por: voor; daarvoor; ervoor; over; overheen; om; vanwege; wegens; bij; erbij; erop; per; à; ongeveer; omtrent; over dit; voorbij; gepasseerd
- lo: het; hem
- lío: bos; bundel; probleem; complicatie; toestand; heisa; drukte; gedoe; omhaal; verhouding; relatie; plot; affaire; intrige; liaison; liefdesrelatie; verwikkeling; rottigheid; vrijage; geharrewar; krakeel; scharrelpartijtje
- que: dat; die; waarom; als; dan
- qué: welk; hoe; wat voor een; hoedanig
- toca: muts; baret; kap; hoofddeksel
- tocar: bespelen; voelen; aanraken; betasten; bevoelen; betreffen; raken; aangaan; aanstippen; aanroeren; even aanraken; toekomen; aantikken; toevallen; ten deel vallen
- A: A; EVERYONE
- a: aan; naar; toe; naar toe; om; vanwege; wegens; bij; erbij; erop; ongeveer; omtrent; ertoe; te
- atracarse: invreten; inbijten; opeten; vreten; opvreten; onbeschoft eten; binnenkrijgen; opslokken; zwelgen
Wiktionary Translations for por lo que toca a:
por lo que toca a
preposition