Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
detención de la casa:
-
Wiktionary:
detención de la casa → huisarrest
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for detención de la casa from Spanish to Dutch
detención de la casa: (*Using Word and Sentence Splitter)
- detención: arrestatie; opsluiting; hechtenis; detentie; internering; vrijheidsberoving; inverzekeringstelling; vrijheidsstraf; inhechtenisneming; gevangenhouding; gevangenname
- dar: geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; aanbieden; verlenen; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; verschaffen; verstrekken; ingeven; binnen gieten; iemand iets toedienen; verdelen; uitreiken; distribueren; ronddelen; draaien; wenden; meegeven; meesturen; zwenken; meezenden; toebrengen; toewijzen; toekennen; gunnen; ondervragen; uitkeren; toebedelen; verhoren; overhoren; uitvragen; uithoren; gunst verlenen; iets toekennen
- darse: spelen; optreden; performen; geven; schenken; doneren; gunnen; gunst verlenen
- dársela: verneuken
- la: het; de
- casa: huis; perceel; verblijf; thuis; woning; residentie; woonhuis; gebouw; pand; bouwwerk; bedrijf; familie; onderneming; concern; stamhuis; bouwsel; geslacht; dynastie
- casar: trouwen; huwen; in het huwelijk treden; zich in de echt verbinden; zich verbinden
- casarse: trouwen; huwen; in het huwelijk treden; zich in de echt verbinden; uithuwelijken; zich verbinden; ten huwelijk geven; wegschenken; uithuwen
Wiktionary Translations for detención de la casa:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• detención de la casa | → huisarrest | ↔ house arrest — the situation where a person is confined, by the authorities, to his or her residence |