Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
entrecruzar:
-
Wiktionary:
entrecruzar → vlechten, weven -
Synonyms for "entrecruzar":
entrelazar; trenzar; entretejer; tejer; tramar; trabar
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for entrecruzar from Spanish to Dutch
entrecruzar: (*Using Word and Sentence Splitter)
- entre: tussen; onder; tussenin; ertussen; daartussen
- cruzar: overlopen; oversteken; kruisen; een kruis slaan; overgaan; dwars oversteken; keperen; doorhakken; kloven; klieven; doorklieven; opkruisen; doormidden hakken; oplaveren; doorhouwen; in tweeën houwen
- entrar: ingaan; binnenkomen; betreden; binnengaan; binnenlopen; binnentreden; binnenstappen; aankomen; arriveren; toetreden; aantreden; inbrengen; instoppen; indoen; doen in; doordringen; inrijden; penetreren; binnenrijden; binnenstormen; binnenvliegen; zich toegang verschaffen
entrecruzar:
Synonyms for "entrecruzar":
Wiktionary Translations for entrecruzar:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • entrecruzar | → vlechten | ↔ natter — tresser en natte. |
| • entrecruzar | → weven; vlechten | ↔ tisser — Faire de la toile ou d’autres étoffes en croiser ou entrelacer sur un métier les fils dont elles devoir composer. |
| • entrecruzar | → vlechten | ↔ tresser — mettre, arranger en tresses. |