Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
explosión de natalidad:
-
Wiktionary:
explosión de natalidad → babyboom
explosión de natalidad → Babyboom, geboortegolf
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for explosión de natalidad from Spanish to Dutch
explosión de natalidad: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Explosión: Exploderend
- explosión: knal; explosie; ontploffing; plof; bam; uitval; uitbarsten; uitbarsting; emotionele uitval; ontlading; plotselinge uitbarsting
- dar: geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; aanbieden; verlenen; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; verschaffen; verstrekken; ingeven; binnen gieten; iemand iets toedienen; verdelen; uitreiken; distribueren; ronddelen; draaien; wenden; meegeven; meesturen; zwenken; meezenden; toebrengen; toewijzen; toekennen; gunnen; ondervragen; uitkeren; toebedelen; verhoren; overhoren; uitvragen; uithoren; gunst verlenen; iets toekennen
- darse: spelen; optreden; performen; geven; schenken; doneren; gunnen; gunst verlenen
- dársela: verneuken
- natalidad: geboortecijfer
Wiktionary Translations for explosión de natalidad:
explosión de natalidad
Cross Translation:
noun
-
een periode waarin ongewoon veel kinderen geboren worden
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • explosión de natalidad | → Babyboom | ↔ baby boom — post-World War II baby boom (1946 to 1964) |
| • explosión de natalidad | → geboortegolf | ↔ baby boom — any increase in the birth rate |