Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
mirasol:
-
Wiktionary:
mirasol → zonnebloem -
Synonyms for "mirasol":
girasol; giganta; mirabel; tornasol; tupinambo
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for mirasol from Spanish to Dutch
mirasol: (*Using Word and Sentence Splitter)
- mira: ziehier; vizier; uitkijktoren; wachttoren
- sol: schatje; lieverd; lieveling; snoepje; snoes; zon; zonneschijn
- mirar: zien; kijken; onderscheiden; bekijken; opmerken; staren; aanschouwen; turen; ontwaren; waarnemen; observeren; schouwen; blikken; blikken werpen; onderzoeken; testen; keuren; aankijken; toekijken; beproeven; gadeslaan; toeschouwen; opletten; in de gaten houden; toezien; in het oog houden; gewaarworden; te zien krijgen; koekeloeren; in de ogen kijken; speurend kijken
mirasol:
Synonyms for "mirasol":
Wiktionary Translations for mirasol:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• mirasol | → zonnebloem | ↔ sunflower — flower |