Spanish
Detailed Translations for cifra de negocios from Spanish to Dutch
cifra de negocios: (*Using Word and Sentence Splitter)
- cifra: cijfer; getal; rangnummer; aantal; hoeveelheid; kwantiteit; coderen; codering
- dar: geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; aanbieden; verlenen; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; verschaffen; verstrekken; ingeven; binnen gieten; iemand iets toedienen; verdelen; uitreiken; distribueren; ronddelen; draaien; wenden; meegeven; meesturen; zwenken; meezenden; toebrengen; toewijzen; toekennen; gunnen; ondervragen; uitkeren; toebedelen; verhoren; overhoren; uitvragen; uithoren; gunst verlenen; iets toekennen
- darse: spelen; optreden; performen; geven; schenken; doneren; gunnen; gunst verlenen
- dársela: verneuken
- negocio: bedrijf; zaak; onderneming; firma; handel; commercie; koophandel; handelsverkeer; negotie; gebeurtenis; feit; voorval; incident; kleine onderneming; nering; winkelbedrijf; geval; kwestie; casus
- negocios: waar; handel; koophandel; koopwaar; handelswaar; klandizie; nering
Wiktionary Translations for cifra de negocios:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cifra de negocios | → omzet | ↔ Umsatz — Wirtschaftswissenschaften: verkaufte Menge ("Absatz") mal Verkaufspreis |
External Machine Translations: