Summary
Spanish to Dutch: more detail...
- apéndice:
-
Wiktionary:
- apéndice → aanhangsel
- apéndice → aanhangsel, appendix, blinde darm, wormvormig aanhangsel, bijlage, toevoeging, toeslag, supplement, bijkomstigheid, bijwerk, bijzaak
Spanish
Detailed Translations for apéndice from Spanish to Dutch
apéndice:
-
el apéndice (addenda; anexo; adición; suplemento; artículo suplementario)
de toevoeging; de appendix; de aanvulling; het addendum; het aanhangsel; het supplement; het bijvoegsel; het toevoegsel -
el apéndice
-
el apéndice
-
el apéndice (adición; añadidura)
-
el apéndice (añadidura; anexo; suplemento; adición)
Translation Matrix for apéndice:
Related Words for "apéndice":
Synonyms for "apéndice":
Wiktionary Translations for apéndice:
apéndice
Cross Translation:
noun
-
toevoegsel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• apéndice | → aanhangsel | ↔ annex — appendix |
• apéndice | → appendix; aanhangsel | ↔ appendix — text added to the end of a book or an article |
• apéndice | → blinde darm | ↔ appendix — vermiform appendix |
• apéndice | → aanhangsel; appendix; wormvormig aanhangsel; bijlage; toevoeging; toeslag; supplement; bijkomstigheid; bijwerk; bijzaak | ↔ appendice — Ce qui semble appendre, ajouter à une autre chose. On trouve plus rarement son synonyme : appendage. |