Summary
French to Dutch: more detail...
-
travailleur invité:
-
Wiktionary:
travailleur invité → gastarbeider
-
Wiktionary:
French
Detailed Translations for travailleur invité from French to Dutch
travailleur invité: (*Using Word and Sentence Splitter)
- travailleur: arbeider; werker; werkkracht; werkman; druk; werknemer; arbeidskracht; bezig; actief; werkzaam; werkend; bedrijvig; arbeidzaam; arbeidend; noest
- inviter: uitnodigen; engageren; inviteren; noden; trakteren; fuiven; aanzetten; aansporen; inroepen; aanroepen; toeroepen
- invité: uitgenodigd; gast; genodigde; invité; logé; slaper; slaapgast; overnachter; introducé; Uitgenodigd
- invitée: gast; genodigde; invité
Wiktionary Translations for travailleur invité:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• travailleur invité | → gastarbeider | ↔ guest worker — guest worker |