Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: corsage

French and Dutch Translation Search Results for corsage

Summary

French to Dutch: more detail...

corsage:
- lijfje; korsetlijfje
Wiktionary:
- corsage → lijfje, lijf, keurslijf
- corsage → bloes, blouse, keurslijf, lijfje

Dutch to French: more detail...

corsage:
- décoration; parure; ornementation; ornement; médaille

French

Detailed Translations for corsage from French to Dutch

corsage:

corsage [le ~] noun

le corsage
het lijfje
- lijfje [het ~] noun
le corsage (corset; corselet)
het korsetlijfje
- korsetlijfje [het ~] noun

Translation Matrix for corsage:

Noun	Related Translations	Other Translations
korsetlijfje	corsage; corselet; corset
lijfje	corsage

Synonyms for "corsage":

blouse; vareuse; tablier; chemisier; blouson; bourgeron; sarrau; marinière; buste; gorge; poitrine; sein; torse; brassière; caraco; casaque; chemisette; camisole

Wiktionary Translations for corsage:

corsage

noun

désuet|fr buste de la femme.
- corsage → lijfje; lijf; keurslijf

Cross Translation:

From	To	Via
• corsage	→ bloes; blouse	↔ blouse — an outer garment, usually loose, that is similar to a shirt
• corsage	→ keurslijf; lijfje	↔ bodice — kind of under waist stiffened with whalebone

Dutch

Detailed Translations for corsage from Dutch to French

corsage:

corsage [de ~ (v)] noun

de corsage (versiering; draperie; tooi; decoratie; versiersel; ornamentiek; opluistering; sierwerk; decor; garnering; opsiering)
la décoration; la parure; l'ornementation; l'ornement; la médaille
- décoration [la ~] noun
- parure [la ~] noun
- ornementation [la ~] noun
- ornement [le ~] noun
- médaille [la ~] noun

Translation Matrix for corsage:

Noun	Related Translations	Other Translations
décoration	corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; opluistering; opsiering; ornamentiek; sierwerk; tooi; versiering; versiersel	aankleding; decoratie; decoreren; eigenschap; ereteken; inrichting; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; lintje; onderscheiding; onderscheidingsteken; opschik; opsieren; opsmuk; opsmukken; optuigen; ordeteken; ridderorde; smuk; stigma; teken; versieren; versiering; versieringen aanbrengen; zich mooi maken
médaille	corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; opluistering; opsiering; ornamentiek; sierwerk; tooi; versiering; versiersel	gedenkpenning; geldstuk; gelukspenning; medaille; munt; muntstuk; onderscheidingsteken; penning; plak; teken
ornement	corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; opluistering; opsiering; ornamentiek; sierwerk; tooi; versiering; versiersel	decoratie; ereteken; grafisch element; onderscheiding; onderscheidingsteken; opluisteren; opschik; opsmuk; ornament; ridderorde; sieraad; sierstuk; smuk; tooien; versieren; versiering
ornementation	corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; opluistering; opsiering; ornamentiek; sierwerk; tooi; versiering; versiersel	decoratie; decoreren; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; opschik; opsieren; opsmuk; opsmukken; ridderorde; smuk; versieren; versiering; versieringen aanbrengen
parure	corsage; decor; decoratie; draperie; garnering; opluistering; opsiering; ornamentiek; sierwerk; tooi; versiering; versiersel	bijou; juweel; opschik; opsmuk; sieraad; sierstuk; smuk; versiering

Related Words for "corsage":

corsages