Summary
French to Dutch: more detail...
-
porte-clef:
-
Wiktionary:
porte-clef → sleutelhanger
porte-clef → sleutelhanger
-
Wiktionary:
French
Detailed Translations for porte-clef from French to Dutch
porte-clef: (*Using Word and Sentence Splitter)
- porte: deur; stadspoort; toegang; ingang; entree; inlaat; poort; gate
- porter: dragen; aan hebben; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; ondersteunen; steunen; torsen; gebukt gaan onder; rugsteunen; zenden; versturen; veroorzaken; aandoen; afvoeren; berokkenen; meedragen; wegslepen; wegvoeren; wegdragen; wegsjouwen; naar boven brengen; naar boven dragen; opwaarts dragen; omhoogdragen; naar boven tillen; sjouwen; zeulen; toebrengen
- portée: reikwijdte; range; verspreidingsgebied; draagwijdte; bereik; bandbreedte; inhoud; betekenis; notenbalk; volume; grootte in de ruimte; bedoeling; spanwijdte; beduiding; beduidenis; geest; strekking; teneur; hoorbereik; gehoorsafstand
- cléf: houdgreep
Wiktionary Translations for porte-clef:
porte-clef
Cross Translation:
noun
-
ring om sleutels aan te hangen, vaak voorzien van een logo of label.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• porte-clef | → sleutelhanger | ↔ keychain — chain |