Summary
French to Dutch: more detail...
-
enchantement:
- betoverende invloed; ban; aantrekkelijkheid; fascinatie; betovering; aanlokkelijkheid; bekoring; bekoorlijkheid; verleiding; seductie; verovering; verzoeking; temptatie; aanvechting; verlokking; enthousiasme; gedrevenheid; vervoering; extase; geestvervoering; trance; verrukking; uitgelatenheid; uitbundigheid; magie
-
Wiktionary:
- enchantement → toverij, opgetogenheid
French
Detailed Translations for enchantement from French to Dutch
enchantement:
-
l'enchantement (envoûtement)
-
l'enchantement (charme; fascination; envoûtement; appas; attrait; attraction; attirance; ensorcellement; pouvoir de séduction; pouvoir magique)
de aantrekkelijkheid; de fascinatie; de betovering; de aanlokkelijkheid; de bekoring; de bekoorlijkheid -
l'enchantement (séduction; tentation; charme; ravissement; attraction; envoûtement; ensorcellement)
de verleiding; seductie; de verovering; de verzoeking; de temptatie; de bekoring; de aanvechting; de verlokking -
l'enchantement (enthousiasme; ardeur; extase; élan; passion; exaltation; grande joie)
-
l'enchantement (extase; transe; enthousiasme; ravissement; envoûtement; ensorcellement)
-
l'enchantement (exubérance; exaltation; enthousiasme; extase; élan; ardeur; liesse; grande joie)
-
l'enchantement (magie; sortilège; pouvoir magique; ensorcellement; sorcellerie; tour de magie; envoûtement)
Translation Matrix for enchantement:
Synonyms for "enchantement":
Wiktionary Translations for enchantement:
enchantement
enchantement
noun
-
enthousiaste stemming, houding, instelling
External Machine Translations: