Summary
French to Dutch:   more detail...
  1. tenir propre:


French

Detailed Translations for tenir propre from French to Dutch

tenir propre:

tenir propre verb

  1. tenir propre (faire le ménage; entretenir; nettoyer)
    schoonhouden; nethouden; knaphouden
    • schoonhouden verb (houd schoon, houdt schoon, hield schoon, hielden schoon, schoongehouden)
    • nethouden verb (houd net, houdt net, hield net, hielden net, netgehouden)
    • knaphouden verb (houd knap, houdt knap, hield knap, hielden knap, knap gehouden)

Translation Matrix for tenir propre:

VerbRelated TranslationsOther Translations
knaphouden entretenir; faire le ménage; nettoyer; tenir propre
nethouden entretenir; faire le ménage; nettoyer; tenir propre
schoonhouden entretenir; faire le ménage; nettoyer; tenir propre

Related Translations for tenir propre