Summary
French to Dutch: more detail...
- vis-à-vis:
-
Wiktionary:
- vis-à-vis → tegenover elkaar
- vis-à-vis → tegenover
French
Detailed Translations for vis-à-vis from French to Dutch
vis-à-vis:
-
vis-à-vis (à rebours; contraire; en sens inverse; inverse; opposé; en revanche; en arrière; en face; de retour; contradictoire; antinomique; de l'autre côté)
tegenovergesteld; tegengesteld; andersom; contrarie; tegendeel; omgekeerd-
tegenovergesteld adj
-
tegengesteld adj
-
andersom adv
-
contrarie adj
-
tegendeel adj
-
omgekeerd adj
-
-
le vis-à-vis (voisin d'en face)
Translation Matrix for vis-à-vis:
Synonyms for "vis-à-vis":
Wiktionary Translations for vis-à-vis:
vis-à-vis
Cross Translation:
adverb
-
En face, à l’opposé, se faisant face.
- vis-à-vis → tegenover elkaar
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • vis-à-vis | → tegenover | ↔ gegenüber — Lokaladverb: auf der anderen (entgegengesetzten) Seite |
| • vis-à-vis | → tegenover | ↔ gegenüber — (lokale) Präposition mit dem Dativ: auf der anderen (entgegengesetzten) Seite |