Dutch
Detailed Translations for witbrood from Dutch to German
witbrood: (*Using Word and Sentence Splitter)
- wit: weiß; blaß; bleich; schneeweiß; totenblaß; leichenblaß; schlohweiß
- brood: Brot
- witten: streichen; kalken; tünchen
Wiktionary Translations for witbrood:
witbrood
noun
-
brood van fijn gebuild meel, waarin geen zemelen aanwezig zijn
- witbrood → Weißbrot