Summary
Dutch to German: more detail...
- hoogachtend:
- hoogachten:
-
Wiktionary:
- hoogachtend → hochachtungsvoll, mit freundlichen Grüßen, Ihr ergebener, viele liebe Grüße
- hoogachten → schätzen, abschätzen, achten, mögen, wertschätzen, würdigen, einschätzen, hochschätzen, hochachten, ehren
Dutch
Detailed Translations for hoogachtend from Dutch to German
hoogachtend:
-
hoogachtend (met de meeste hoogachting)
Translation Matrix for hoogachtend:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
hochachtungsvoll | hoogachtend; met de meeste hoogachting |
Wiktionary Translations for hoogachtend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hoogachtend | → hochachtungsvoll | ↔ yours faithfully — a polite formula to end letters |
• hoogachtend | → hochachtungsvoll; mit freundlichen Grüßen; Ihr ergebener; viele liebe Grüße | ↔ yours sincerely — a polite formula to end letters |
hoogachten:
-
hoogachten (respecteren; eerbiedigen; hoogschatten; achten)
respektieren; achten; schätzen; hochachten; ehren; verehren; hochhalten; hochschätzen-
respektieren verb (respektiere, respektierst, respektiert, respektierte, respektiertet, respektiert)
-
hochschätzen verb
-
Conjugations for hoogachten:
o.t.t.
- acht hoog
- acht hoog
- acht hoog
- achten hoog
- achten hoog
- achten hoog
o.v.t.
- achtte hoog
- achtte hoog
- achtte hoog
- achtten hoog
- achtten hoog
- achtten hoog
v.t.t.
- heb hooggeacht
- hebt hooggeacht
- heeft hooggeacht
- hebben hooggeacht
- hebben hooggeacht
- hebben hooggeacht
v.v.t.
- had hooggeacht
- had hooggeacht
- had hooggeacht
- hadden hooggeacht
- hadden hooggeacht
- hadden hooggeacht
o.t.t.t.
- zal hoogachten
- zult hoogachten
- zal hoogachten
- zullen hoogachten
- zullen hoogachten
- zullen hoogachten
o.v.t.t.
- zou hoogachten
- zou hoogachten
- zou hoogachten
- zouden hoogachten
- zouden hoogachten
- zouden hoogachten
en verder
- ben hooggeacht
- bent hooggeacht
- is hooggeacht
- zijn hooggeacht
- zijn hooggeacht
- zijn hooggeacht
diversen
- acht hoog!
- acht hoog!
- hooggeacht
- hoogachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for hoogachten:
Wiktionary Translations for hoogachten:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hoogachten | → schätzen; abschätzen; achten; mögen; wertschätzen; würdigen; einschätzen; hochschätzen; hochachten; ehren | ↔ apprécier — Estimer, évaluer (quelque chose), en fixer la valeur, le prix. (Sens général). |