German
Detailed Translations for herstarten from German to Dutch
herstarten: (*Using Word and Sentence Splitter)
- her: geleden; sedert
- starten: beginnen; starten; aanvangen; van start gaan; aanknopen; aanbinden; inzetten; intreden; op gang komen; ondernemen; aangaan; afstemmen; instellen; ontvangen; aannemen; accepteren; aanvaarden; in ontvangst nemen; bouwen; construeren; opstarten; opstijgen; omhoogkomen; opvliegen
- Starten: opstarten