Nar: translate Dutch

Summary

Dutch to German: more detail...

nar:
- Kauz; Verrückte; Narr; Narr am Hoff; Pinsel; Hanswurst; Tor; Klunker; Quast; Ast; Geck; Stutzer; Alberne; Irrsinnige; Lackaffe; Knorren
Wiktionary:
- nar → Narr
- nar → Narr, Hofnarr

German to Dutch: more detail...

n-är:
- n-ary

Dutch

Detailed Translations for nar from Dutch to German

nar:

nar [de ~ (m)] noun

de nar (kwibus; hansworst; gek; kwast; zot)
der Kauz; der Verrückte; der Narr
- Kauz [der ~] noun
- Verrückte [der ~] noun
- Narr [der ~] noun
de nar (hofnar)
der Narr am Hoff; der Pinsel; der Hanswurst; der Tor; der Klunker; der Quast; der Ast; der Verrückte; der Geck; der Stutzer; der Alberne; der Irrsinnige; der Lackaffe; der Knorren
- Narr am Hoff [der ~] noun
- Pinsel [der ~] noun
- Hanswurst [der ~] noun
- Tor [der ~] noun
- Klunker [der ~] noun
- Quast [der ~] noun
- Ast [der ~] noun
- Verrückte [der ~] noun
- Geck [der ~] noun
- Stutzer [der ~] noun
- Alberne [der ~] noun
- Irrsinnige [der ~] noun
- Lackaffe [der ~] noun
- Knorren [der ~] noun

Translation Matrix for nar:

Noun	Related Translations	Other Translations
Alberne	hofnar; nar
Ast	hofnar; nar	boomtak; ent; tak
Geck	hofnar; nar	achterlijke; debiel; dommerik; dwaas; fatje; flapdrol; gek; heertje; idioot; imbeciel; mafkees; mafketel; mafkikker; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; simpele ziel; waanzinnige; zot; zottin
Hanswurst	hofnar; nar	achterlijke; dommerik; dwaas; gek; idioot; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; simpele ziel; zot; zottin
Irrsinnige	hofnar; nar	achterlijke; debiel; dolleman; dommerik; dwaas; flapdrol; geesteszieke; gek; geschifte; gestoorde; idioot; imbeciel; krankzinnige; mafkees; mafketel; mafkikker; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; razende; simpele ziel; waanzinnige; zot; zottin; zwakzinnige
Kauz	gek; hansworst; kwast; kwibus; nar; zot	boomuil; snuiter; steenuil
Klunker	hofnar; nar
Knorren	hofnar; nar	knobbel; knoest; kwast
Lackaffe	hofnar; nar
Narr	gek; hansworst; kwast; kwibus; nar; zot	achterlijke; dommerik; dwaas; gek; idioot; imbeciel; kwasten; kwibussen; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; simpele ziel; zot; zottin
Narr am Hoff	hofnar; nar
Pinsel	hofnar; nar	penseel; schilderskwast; verfkwast; verfkwasten
Quast	hofnar; nar
Stutzer	hofnar; nar	boomknoesten; dandies; fatje; fatten; heertje; iem. die snoeit; knoesten; kwasten; kwibussen; snoeier
Tor	hofnar; nar	achterlijke; doelpunt; doeltrap; dolleman; dommerik; dwaas; geesteszieke; gek; goal; grote deur; idioot; imbeciel; krankzinnige; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; poort; simpele ziel; toegangspoort; treffer; waanzinnige; zot; zottin
Verrückte	gek; hansworst; hofnar; kwast; kwibus; nar; zot	achterlijke; debiel; dolleman; dommerik; dwaas; flapdrol; geesteszieke; gek; geschifte; gestoorde; idioot; imbeciel; krankzinnige; mafkees; mafketel; mafkikker; mallerd; malloot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; pias; razende; simpele ziel; waanzinnige; zot; zottin; zwakzinnige

Related Words for "nar":

narren

Wiktionary Translations for nar:

nar

noun

ein Gaukler und Spaßmacher im Mittelalter bei Hofe
- Narr → nar

Cross Translation:

From	To	Via
• nar	→ Narr; Hofnarr	↔ jester — person in a mediaeval royal court
• nar	→ Narr	↔ bouffon — (histoire) Personnage dont la fonction était d’amuser la cour des nobles.

German

Detailed Translations for nar from German to Dutch

n-är:

n-är adj

n-är
n-ary
- n-ary adj

Translation Matrix for n-är:

Adjective	Related Translations	Other Translations
n-ary	n-är

Dutch and German Translation Search Results for nar

Detailed Translations for nar from Dutch to German

nar:

nar [de ~ (m)] noun

de nar (kwibus; hansworst; gek; kwast; zot)

de nar (hofnar)

Translation Matrix for nar:

Related Words for "nar":

Wiktionary Translations for nar:

Detailed Translations for nar from German to Dutch

n-är:

n-är adj

n-är

Translation Matrix for n-är: