Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Search: manoeuvre

Dutch and German Translation Search Results for manoeuvre

Summary

Dutch to German: more detail...

manoeuvre:
- Manöver; Scheingefecht; Scheinkampf; Trick; Kniff; Kunstgriff
Wiktionary:
- manoeuvre → Manöver

Dutch

Detailed Translations for manoeuvre from Dutch to German

manoeuvre:

manoeuvre [de ~] noun

de manoeuvre (spiegelgevecht; sciamachie; schijngevecht; schijnkamp)
Manöver; Scheingefecht; der Scheinkampf
- Manöver [das ~] noun
- Scheingefecht [das ~] noun
- Scheinkampf [der ~] noun
de manoeuvre (list; kunstgreep)
Manöver; der Trick; der Kniff; der Kunstgriff
- Manöver [das ~] noun
- Trick [der ~] noun
- Kniff [der ~] noun
- Kunstgriff [der ~] noun

Translation Matrix for manoeuvre:

Noun	Related Translations	Other Translations
Kniff	kunstgreep; list; manoeuvre	behendigheid; bluts; deuk; foef; foefje; greep; handel; handgreep; handigheid; handvat; hendel; instulping; kneep; kneepje; kunst; kunstgreep; kunstje; list; maniertje; slimheid; sluwe streek; toer; truc; trucage
Kunstgriff	kunstgreep; list; manoeuvre	behendigheid; foef; foefje; greep; handel; handgreep; handigheid; handvat; hendel; kneep; kneepje; kunst; kunstgreep; kunstje; maniertje; truc
Manöver	kunstgreep; list; manoeuvre; schijngevecht; schijnkamp; sciamachie; spiegelgevecht	schaakzet; zet
Scheingefecht	manoeuvre; schijngevecht; schijnkamp; sciamachie; spiegelgevecht
Scheinkampf	manoeuvre; schijngevecht; schijnkamp; sciamachie; spiegelgevecht
Trick	kunstgreep; list; manoeuvre	behendigheid; foef; foefje; gemene streek; greep; handel; handgreep; handigheid; handvat; hendel; kneep; kneepje; kunst; kunstgreep; kunstje; list; maniertje; slimheid; sluwe streek; toer; truc; trucage; valsheid; vuile truc

Related Words for "manoeuvre":

manoeuvres

Wiktionary Translations for manoeuvre:

Cross Translation:

From	To	Via
• manoeuvre	→ Manöver	↔ maneuver — a movement, often one performed with difficulty
• manoeuvre	→ Manöver	↔ maneuver — a large training exercise of military troops
• manoeuvre	→ Manöver	↔ manœuvre — Ces mouvements exécutés en temps de paix pour exercer les troupes