Summary
Dutch to German: more detail...
- ondernemend:
- ondernemen:
-
Wiktionary:
- ondernemend → abenteuerlustig
- ondernemen → unternehmen
- ondernemen → unternehmen, ausführen, veranstalten, übernehmen, in Angriff nehmen, beginnen, anfangen
Dutch
Detailed Translations for ondernemend from Dutch to German
ondernemend:
-
ondernemend
Translation Matrix for ondernemend:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
unternehmend | ondernemend | |
unternehmungslustig | ondernemend |
Related Words for "ondernemend":
Wiktionary Translations for ondernemend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ondernemend | → abenteuerlustig | ↔ adventurous — inclined to adventure |
ondernemen:
-
ondernemen (aangaan)
Conjugations for ondernemen:
o.t.t.
- onderneem
- onderneemt
- onderneemt
- ondernemen
- ondernemen
- ondernemen
o.v.t.
- ondernam
- ondernam
- ondernam
- ondernamen
- ondernamen
- ondernamen
v.t.t.
- heb ondernomen
- hebt ondernomen
- heeft ondernomen
- hebben ondernomen
- hebben ondernomen
- hebben ondernomen
v.v.t.
- had ondernomen
- had ondernomen
- had ondernomen
- hadden ondernomen
- hadden ondernomen
- hadden ondernomen
o.t.t.t.
- zal ondernemen
- zult ondernemen
- zal ondernemen
- zullen ondernemen
- zullen ondernemen
- zullen ondernemen
o.v.t.t.
- zou ondernemen
- zou ondernemen
- zou ondernemen
- zouden ondernemen
- zouden ondernemen
- zouden ondernemen
diversen
- onderneem!
- onderneemt!
- ondernomen
- ondernemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ondernemen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
anfangen | aangaan; ondernemen | aanbinden; aanbreken; aanknopen; aanvangen; beginnen; een begin nemen; intreden; introduceren; inzetten; kennis laten maken; mobiliseren; op gang komen; starten; van start gaan; voorstellen |
beginnen | aangaan; ondernemen | aanbinden; aanknopen; aannemen; aanvaarden; aanvangen; accepteren; beginnen; in ontvangst nemen; intreden; introduceren; inzetten; kennis laten maken; ontvangen; op gang komen; starten; van start gaan; voorstellen |
starten | aangaan; ondernemen | aanbinden; aanknopen; aannemen; aanvaarden; aanvangen; accepteren; afstemmen; beginnen; bouwen; construeren; in ontvangst nemen; instellen; intreden; inzetten; omhoogkomen; ontvangen; op gang komen; opstarten; opstijgen; opvliegen; starten; van start gaan |
Wiktionary Translations for ondernemen:
ondernemen
Cross Translation:
verb
-
een bedrijf of actie in werking stellen
- ondernemen → unternehmen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ondernemen | → unternehmen; ausführen | ↔ undertake — to start an enterprise |
• ondernemen | → unternehmen; veranstalten; übernehmen; in Angriff nehmen; beginnen; anfangen | ↔ entreprendre — prendre la résolution de faire quelque chose, une action, un ouvrage, et commencer à le mettre à exécution. |