Summary
Dutch to German: more detail...
-
weesmeisje:
-
Wiktionary:
weesmeisje → Vollwaise
weesmeisje → Waise, Vollwaise, Halbwaise, Waisenkind, Waisenknabe, Waisenjunge, Waisenmädchen, Elternloser, Elternlose
-
Wiktionary:
Dutch
Detailed Translations for weesmeisje from Dutch to German
weesmeisje: (*Using Word and Sentence Splitter)
- wee: Zusammenziehung; Gburtswee; schwach; matt; lahm; hinfällig; schlapp; hilflos; schlaff; lustlos; abgespannt; kraftlos; gebrechlich; schwächlich; kränklich; ach
- meisje: Fräulein; junge Dame
- wees: Waise; Waisenkind
- zijn: sich befinden; leben; existieren; besteht; dasein; fortbestehen; seinen; seinem; Leben; Existenz; Dasein; Sein; Lebenswandel; Fortbestehen; sein
- wijzen: hinweisen; informieren; benachrichtigen; aufklären; signalisieren; aufmerksam machen; etwas andeuten; etwas zeigen
Wiktionary Translations for weesmeisje:
weesmeisje
Cross Translation:
noun
-
een meisje van wie beide ouders overleden zijn
- weesmeisje → Vollwaise
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • weesmeisje | → Waise; Vollwaise; Halbwaise; Waisenkind; Waisenknabe; Waisenjunge; Waisenmädchen; Elternloser; Elternlose | ↔ orphan — person whose (parent or) parents have died |