Dutch
Detailed Translations for vervoerbewijs from Dutch to German
vervoerbewijs: (*Using Word and Sentence Splitter)
- vervoer: Transport; Versetzung; Verladung; Einschiffung; Verschiffung
- bewijs: Beleg; Bescheinigung; Beweis; Beweisstück; Notiz; Vermerk; Anmerkung; attest; Rechtsbeweis
- vervoeren: befördern; transportieren; hinüberbringen; hinüberfahren; übertragen; verführen; verleiten; verschieben; verlegen; verstellen; verschleppen; verrücken
Spelling Suggestions for: vervoerbewijs
Wiktionary Translations for vervoerbewijs:
vervoerbewijs
noun
-
een plaatsbewijs voor een openbaar vervoermiddel
- vervoerbewijs → Fahrausweis
External Machine Translations: