Summary
Dutch to German: more detail...
- beweegbaarheid:
- beweegbaar:
-
Wiktionary:
- beweegbaar → beweglich, veränderlich, mobil
Dutch
Detailed Translations for beweegbaarheid from Dutch to German
beweegbaarheid:
-
beweegbaarheid (kunnen bewegen)
Translation Matrix for beweegbaarheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Beweglichkeit | beweegbaarheid; kunnen bewegen | beweeglijkheid; draagbaarheid; drukte; levendigheid; opgewektheid; verplaatsbaarheid; vrolijkheid |
Transportierbarkeit | beweegbaarheid; kunnen bewegen | draagbaarheid; verplaatsbaarheid; vervoerbaarheid |
Related Words for "beweegbaarheid":
beweegbaarheid form of beweegbaar:
-
beweegbaar (mobiel; los; verzetbaar; verplaatsbaar; roerend)
mobil; beweglich; nicht fest; versetzbar; transportabel; transportierbar; transportfähig-
mobil adj
-
beweglich adj
-
nicht fest adj
-
versetzbar adj
-
transportabel adj
-
transportierbar adj
-
transportfähig adj
-
Translation Matrix for beweegbaar:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
beweglich | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig |
mobil | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | |
nicht fest | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | los; niet vast; verplaatsbaar; verschuifbaar |
transportabel | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | transportabel; transporteerbaar; verplaatsbaar; vervoerbaar |
transportfähig | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | transportabel; transporteerbaar; verplaatsbaar; vervoerbaar |
transportierbar | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar | transportabel; transporteerbaar; verplaatsbaar; vervoerbaar |
versetzbar | beweegbaar; los; mobiel; roerend; verplaatsbaar; verzetbaar |
Related Words for "beweegbaar":
Wiktionary Translations for beweegbaar:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beweegbaar | → beweglich | ↔ movable — capable of being moved |
• beweegbaar | → veränderlich; beweglich; mobil | ↔ mobile — Qui se meut ou qui peut être mû, qui n’est pas fixe. (Sens général). |