Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate eindjes

Translate eindjes from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

eindjes:
- Enden
eindje:
- Stückchen; Artikel; Aufsatz; Brocken; Publikation
Wiktionary:
- eindje → Stück, Fleck, gelass, Akt, Akte, Aufzug, Schriftstück, Dokument, Urkunde, Gemach, Stube

Dutch

Detailed Translations for eindjes from Dutch to German

eindjes:

eindjes [de ~] noun, plural

de eindjes (einden)
die Enden
- Enden [die ~] noun

Translation Matrix for eindjes:

Noun	Related Translations	Other Translations
Enden	einden; eindjes

Related Words for "eindjes":

eindje

eindje:

eindje [het ~] noun

het eindje (stukje; fragmentje; klein stukje; snippertje; brokje; partje)
Stückchen; der Artikel; der Aufsatz; der Brocken; die Publikation
- Stückchen [das ~] noun
- Artikel [der ~] noun
- Aufsatz [der ~] noun
- Brocken [der ~] noun
- Publikation [die ~] noun

Translation Matrix for eindje:

Noun	Related Translations	Other Translations
Artikel	brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; partje; snippertje; stukje	artikel; artikelen; ding; essay; goed; item; koopwaar; lidwoord; lidwoorden; object; verhandeling; voorwerp; voorwerpen; waar; wetsartikel; zaak
Aufsatz	brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; partje; snippertje; stukje	bovenstuk; brief; epistel; opstel; schrijven; scriptie; verslag
Brocken	brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; partje; snippertje; stukje	bonk; bonkend geluid; brok; brokje; groot en dik stuk; homp; kleine brok; klont; klonter; suikerklontje
Publikation	brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; partje; snippertje; stukje	afkondiging; artikel; bekendmaking; openbaarmaking; openbare publicatie; proclamatie; publicatie; publicaties; stuk
Stückchen	brokje; eindje; fragmentje; klein stukje; partje; snippertje; stukje	deeltje; onderdeeltje
Not Specified	Related Translations	Other Translations
Artikel		artikel; bericht; item

Related Words for "eindje":

eindjes

Wiktionary Translations for eindje:

Cross Translation:

From	To	Via
• eindje	→ Stück; Fleck	↔ morceau — portion séparée d’une chose solide qui peut être manger.
• eindje	→ gelass; Akt; Akte; Aufzug; Schriftstück; Dokument; Urkunde; Gemach; Stube; Fleck; Stück	↔ pièce — partie, portion, morceau d’un tout.