Dutch
Detailed Translations for facet from Dutch to German
facet:
Translation Matrix for facet:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Aspekt | aspect; facet; opzicht | |
Betreff | aspect; facet; opzicht | gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; onderwerp; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs |
Blickpunkt | aspect; facet; opzicht | Spotlight; denkbeeld; gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; kijk; mening; oogpunt; oordeel; opinie; opvatting; perspectief; standpunt; visie; zienswijs; zienswijze |
Gesichtspunkt | aspect; facet; opzicht | denkbeeld; gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; kans; kijk; mening; oogpunt; oordeel; opinie; opvatting; perspectief; standpunt; toekomst; visie; vooruitzicht; zienswijs; zienswijze |
Gesichtswinkel | aspect; facet; opzicht | gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; ooghoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs |
Hinsicht | aspect; facet; opzicht | gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; oogpunt; perspectief; standpunt; zienswijs |