Summary


Dutch

Detailed Translations for gebruiksgoederen from Dutch to German

gebruiksgoederen:

gebruiksgoederen [de ~] noun, plural

  1. de gebruiksgoederen (consumptiegoederen)
    die Konsumgüter; die Gebrauchswaren; die Verbrauchsgüter; die Gebrauchsgüter

Translation Matrix for gebruiksgoederen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Gebrauchsgüter consumptiegoederen; gebruiksgoederen gebruiksvoorwerp
Gebrauchswaren consumptiegoederen; gebruiksgoederen
Konsumgüter consumptiegoederen; gebruiksgoederen
Verbrauchsgüter consumptiegoederen; gebruiksgoederen