Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. gelegen zijn:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gelegen zijn from Dutch to German

gelegen zijn:

gelegen zijn verb (is gelegen, was gelegen, gelegen geweest)

  1. gelegen zijn (liggen)
    liegen
    • liegen verb (liege, liegst, liegt, liegte, liegtet, geliegen)

Conjugations for gelegen zijn:

o.t.t.
  1. is gelegen
  2. zijn gelegen
o.v.t.
  1. was gelegen
  2. waren gelegen
v.t.t.
  1. is gelegen geweest
  2. zijn gelegen geweest
v.v.t.
  1. was gelegen geweest
  2. waren gelegen geweest
o.t.t.t.
  1. zal gelegen zijn
  2. zullen gelegen zijn
o.v.t.t.
  1. zou gelegen zijn
  2. zouden gelegen zijn
diversen
  1. gelegen geweest
  2. gelegen zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for gelegen zijn:

VerbRelated TranslationsOther Translations
liegen gelegen zijn; liggen

Wiktionary Translations for gelegen zijn:


Cross Translation:
FromToVia
gelegen zijn liegen lie — be situated

Related Translations for gelegen zijn